‘folle lok en seine’ (veel geluk en zegen) nieuwjaarspreek 2017

1ste lezing: Numeri 6:22-27;
2de lezing: Lucas 2:19-21

Lieve mensen,

Gisteren sloten we het oude jaar en als u naar de radio geluisterd hebt, zult u Queen voor de zoveelste maal hebben horen zingen:

Is this the real life?Is this just fantasy?
Caught in a land – slide, no escape from reality.
Open your eyes, look up to the skies and see.

Is dit het echte leven of is dit louter fantasie:
gevangen in een lawine
geen ontsnapping uit de realiteit.
Open je ogen, kijk naar de hemel en zie…..

Of het kan zijn dat u naar Claudia de Breij hebt gekeken

en haar hebt horen zingen om te mogen schuilen

Als de oorlog komt, en als ik dan moet schuilen
Mag ik dan bij jou
Als er een clubje komt, waar ik niet bij wil horen
Mag ik dan bij jou
Als er een regel komt, waar ik niet aan voldoen kan
Mag ik dan bij jou
En als ik iets moet zijn, wat ik nooit geweest ben
Mag ik dan bij jou
Mag ik dan bij jou schuilen, als het nergens anders kan
En als ik moet huilen, droog jij mijn tranen dan
Want als ik bij jou mag, mag jij altijd bij mij
Kom wanneer je wilt, hou een kamer voor je vrij.

Ja, hoe bent u het nieuwe jaar binnen gegaan? Begonnen? Hoopvol, verwachtingsvol, benieuwd?
Of zoals ik afgelopen week een paar mensen hoorde zeggen: ik weet niet wat er op ons afkomt, maar ik maak me grote zorgen.
Of dat u, zoals ik, gemengde gevoelens hebt. Niets te klagen en toch bezorgd. Om het ongewisse. Om het onvoorspelbare, het verraderlijke. Wat ze vroeger ‘het noodlot’ noemden. Fate, fatum.
Of bent u bezorgd over ontwikkelingen, die schijnbaar niet te keren zijn: klimaat verandering, migratiestromen. Maar misschien ook over ontwikkelingen, dichtbij. Op het werk, in de omgeving.
Wat mij zelf sterk raakt: de voortdurende krimp in de kerk en daar-mee het verlies – niet alleen van getalsmatige invloed in de samenleving – maar ook van beschikbare mensen.
Ik probeer er niet wakker van te liggen, maar het baart mij – en ik weet van de andere kerkenraadsleden ook – zorgen, als wij met Pinksteren afscheid zullen moeten nemen van vertrouwde gezichten. Zullen we op tijd mensen vinden, bereid vinden om hun plaats in te nemen? Die de fakkel overnemen?
En dan is er die andere ontwikkeling, die haaks op de krimp staat: de enorme uitbreiding van de stad Leeuwarden, waardoor Goutum straks omringd zal worden door een aantal nieuwe woonwijken. Ja, er is een kerk gebouwd, maar die is alleen bedoeld als woonruimte. En omdat het zo pittoresk staat.
En tenslotte is er het politieke klimaat: zal de verkiezing van Trump tot president van de V.S. voorbode zijn van een populistische omwenteling? En dragen we met het afscheid van Barack Obama ook de beschaving en het moreel gezag ten grave? En trekt de koopman een lange neus naar de dominee? En zullen op 16 maart allerlei zelf uitgeroepen deskundigen ons komen uitleggen welke fouten, blunders etc. van het kabinet, het parlement, de rechterlijke macht Geert Wilders aan de meerderheid heeft geholpen? En zal alles wat naar redelijkheid luistert en alles wat zich door statistieken, argumenten, grondrechten laat leiden, als ‘elite’ worden weggezet?

We zouden zo graag willen dat de vredesengel zijn vleugels over de wereld uitspreidt. We zouden ons zo graag geborgen weten. Maar tegelijkertijd is er veel dat ons ongerust maakt en ons een gevoel van dreiging en machteloos-heid geeft. Tegenstellingen in de wereld lijken groter te worden. En dat heeft zijn weerslag op ons leven hier. Het extreme lijkt het nieuwe normaal te worden. Zoekend naar zekerheid, graven groepen zich in hun eigen gelijk in. Dat maakt een open gesprek vaak onmogelijk. Wie twijfelt over de toekomst, idealiseert vaak het verleden. We geven ons allemaal wel eens over aan heimwee naar vroeger. Ja, vroeger…

U hebt het vast herkend: dat waren de woorden van onze koning. Velen, zo zei onze koning, hebben het gevoel in een land zonder luisteraars te leven.
Toen moest ik wel even glimlachen: daarover had ik nog niet te klagen en de koning met 1,5 miljoen kijkers al helemaal niet, maar wel werd ik die nacht wakker uit een merkwaardige droom.
Ik moest als matroos een heel groot passagiersschip aan een dukdalf vastleggen. Maar nadat ik dat gedaan had en de tros driemaal er om heen had geslagen, zag ik het schip even later alsnog in de verte wegdrijven. Ik sprong in een Zodiac om het schip in te halen en de tros te pakken te krijgen. Maar de afstand werd alleen maar groter. Alsof het werd meegezogen in een maalstroom.
Stel, dat u uit zo’n droom wakker was geworden, hoe zou u die dan uitleggen? Zou u naar de jachthaven rijden om te kijken of uw schip nog wel goed vastligt? Of zou u er een diepere, symbolische betekenis aan geven?
Zelf dacht ik, toen ik wakker werd; maar zo’n schip kan toch altijd nog z’n anker uitwerpen? Of was dat nu juist de reden, waarom ik in mijn droom het schip met een tros moest vastleggen? Omdat het zelf geen anker meer had?
En toen ik eenmaal zover was, kwam de volgende vraag recht op me af; en jij, dominee, waarin ben jij zelf verankerd? Waarin heb jij de vaste grond gevonden, waarin – om het zomaar te zeggen – jouw anker stevig hecht?

In deze onzekere, tijd, zo zei koning Willem Alexander, is het nodig om vaste grond onder de voeten te houden. De waarden die van oudsher bij Nederland horen, bepalen ook in de toekomst ons vermogen om samen verder te komen. Juist nu de wereld om ons heen minder houvast geeft, moeten we vast-houden wat we samen delen en beschermen wat ons verbindt.

Nee, ik heb hem dat niet ingefluisterd, maar ik was verrast: voor het eerst hoorde ik onze koning een appèl doen op morele waarden. Niet op het touwtje uit de brievenbus van Jan Terlouw , maar als een pater familias herinnerde de koning ons aan de humanistische traditie van Erasmus, die ons land óók heeft voortgebracht. Als kapitein van ons Nederlandse schip herinnerde de koning ons aan dat gemeenschappelijke anker.

Want zó willen wij hier samenleven. Als vrije en gelijkwaardige mensen. Zon-der dat degenen met een afwijkende mening bang hoeven te zijn voor bedreiging of intimidatie en zonder discriminatie op grond van levensovertuiging, ras, geslacht of seksuele geaardheid. Deze rechten gelden hier voor iedereen, altijd.

Misschien mag ik op deze dag nog iets persoonlijks aan u kwijt. De ontdekking, die ik maakte, toen ik deze zomer terug uit Brazilië, uit Rio kwam. De ervaring in de sloppenwijken had mij behoorlijk door elkaar geschud. Emotioneel, spiritueel. Maar als een anker in de tijd was er de zondag erop een kerkdienst, waarin ik mocht voorgaan. Was er de liturgie, waaraan ik me kon vasthouden, was er de muziek, de lofzang. En was er de zegen, die ik mocht uitspreken. Dezelfde als die we zonet gehoord hebben. Dezelfde, die al sinds Mozes deze woorden van God ontving, door de hogepriester werden doorgegeven en over het volk uitgesproken.
En nu, terwijl ik dit zeg, realiseer ik me dat die zegen het eigenlijke anker is. Míjn anker. Waaraan ik mij wil vasthouden. Wat we elkaar ook altijd toewensen: veel heil en zegen .
En in het fries: ‘folle lok en seine.’
Die zegen, zo heb ik ooit begrepen , heeft geschiedenis gemaakt. Een geschiedenis, die begon met de roeping van Abram, via Izaäk , Jacob, doorgegeven aan Jozef, doorgegeven aan zijn kinderen, door Mozes aan Aäron. Die zegen heeft geschiedenis gemaakt. Misschien wel tegen de onomstotelijk feiten in een tegengeschiedenis van hoop en barmhartigheid . Die zegen heeft uiteindelijk een gezicht gekregen. En tenslotte ook een naam. Jezus. Die zegen herinnert ons aan die geschiedenis: aan het menselijk gezicht van God. Maar die zegen kent ook zijn tegenover: dat van de vloek.
En net zoals ooit Mozes zijn volk voorhield om te kiezen tussen leven en dood, het leven en het goede,- de dood en het kwade. U staat voor de keuze tussen leven en dood, tussen zegen en vloek. En net zoals de koning ons oproept:

Hoe gedragen we ons tegenover elkaar? Wat doen we er zelf aan om onze samenleving zo in te richten dat iedereen zich veilig weet en thuis kan voelen? Kunnen we het nog: samen vreedzaam problemen oplossen?

komen we dit jaar wellicht opnieuw voor de keuze te staan. Nee, niet alleen op 15 maart in het stemhokje. Eigenlijk elk moment. Als we boodschappen doen, als we elkaar tegenkomen, als het collectezakje ons passeert, als we tijd vrij maken voor elkaar, voor de kinderen, voor ouders, voor de kerk; elke keer, als er een beroep op ons wordt gedaan. Niet alleen dat we dan een keuze maken, maar dat we ons ook bewust zijn in welke geschiedenis we willen staan: die van Erasmus of die van Wilders, die van de vrijheid of die van de angst, die van het vertrouwen of die van de achterdocht.

In deze onzekere tijd, zijn angst en woede begrijpelijke emoties. Maar boosheid kan geen eindstation zijn. De vrede waarnaar we zo verlangen, komt niet dichterbij als mensen afhaken en zich ingraven. Vrede begint met het beschermen van wat we delen en het aanwenden van alle positieve krachten. Zonder U, zonder jou, gaat het niet.

Daarom: Open your eyes, look up to the skies and see.
Amen.

(citaten afkomstig uit kersttoespraak 25-12-2016 van ZKH Willem Alexander)